Dertig meter Duiken (Monument ‘de Duker’ in Lent)

In het kruisvuur vinden we elkaar,

twee meter diep.

In het duister fluisteren we daar
We delen vreugde en verdriet.
We bidden, zingen en verdrinken.
Verlamd door angst maar, hier heel even niet.

In het kruisvuur vinden we elkaar
waar niemand ons ziet.

We kunnen dertig meter duiken.
Voor het gevecht en leed daar buiten.
Dus nog één stukje schuiven.
Zo kunnen nóg meer mensen,
nóg beter schuilen
Daar, waar we dertig meter duiken.

Die dertig die onvoldoende bleken.
Waardoor we verdoemenis recht in de ogen keken.
Schietgebedjes deden voor dove oren,
we hoopte op verzoenende woorden maar,
kregen kogels.

Onder gordijnen van zijde kwam de bevrijders naar beneden.
Tussen exploderende scherven en mijnen baanden zij hun wegen.
Ze vonden ons, zoekend naar licht in de tunnel,
daar aan het einde van die meters.


Een seconde onder de grote slagen van de wereld,
kan zorgen voor wonden die we overdragen op levens.
Ook al worden ze begraven onder wegen
In het kruisvuur vonden zij elkaar en doken weg voor dertig meter.

Op dat we niet vergeten